Werkgever aansprakelijk voor letsel werknemer bij schaatsactiviteit?

Home / Nieuws / Werkgever aansprakelijk voor letsel werknemer bij schaatsactiviteit?

Werkgever aansprakelijk voor letsel werknemer bij schaatsactiviteit?

Over de vraag of een werkgever aansprakelijk is voor een schaatsactiviteit waarbij een werknemer letsel heeft oplopen, is onlangs een uitspraak gepubliceerd van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De uitspraak leest u hier. De casus is als volgt.

Casus
Op 23 januari 2012 heeft een docent van het ROC deelgenomen aan een schaatsactiviteit met zijn studenten. De activiteit werd georganiseerd in het kader van de opleiding. De docent had zich vrijwillig aangemeld om de activiteit te begeleiden. Tijdens het schaatsen valt de docent helaas op zijn hoofd en loopt hij een postcommotioneel syndroom op. Hierdoor raakt hij arbeidsongeschikt. De vraag is of de werkgever aansprakelijk is voor het door de docent opgelopen letsel en de gevolgen die daaruit voortvloeien.

Het juridisch kader
In deze zaak speelt de vraag of de werkgever aansprakelijk te achten is op grond van artikel 7:658 BW. Aan artikel 7:658 BW ligt de gedachte ten grondslag dat de werkgever adequate maatregelen dient te treffen ter voorkoming van bedrijfsongevallen. Vooropgesteld wordt dat de werkgever slechts gehouden is die maatregelen te treffen en die aanwijzingen te geven die redelijkerwijs noodzakelijk zijn om ongevallen, die zich bij de uitoefening door de werknemer van zijn werkzaamheden zouden kunnen voordoen, te voorkomen en om te voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt. Artikel 7:658 BW houdt een ruime zorgplicht in. Anderzijds beoogt artikel 7:658 BW geen absolute waarborg te scheppen voor de bescherming van de werknemer tegen gevaar. Welke veiligheidsmaatregelen van de werkgever mogen worden verlangd en op welke wijze hij de werknemer moet instrueren, is afhankelijk van de omstandigheden van het geval.

Is artikel 7:658 BW van toepassing?
Het hof oordeelt dat er sprake is van schade die is ontstaan in de uitoefening van de werkzaamheden van de docent. De schaatsactiviteit behoorde tot het lesplan en diende te worden begeleid. Ondanks het feit dat de docent zich vrijwillig heeft aangemeld om de activiteit te begeleiden, rekende het ROC op de aanwezigheid van de docent. Zonder voldoende begeleiding kon de activiteit namelijk niet doorgaan.

Over de wijze waarop de studenten begeleid moesten worden waren geen instructies gegeven door het ROC. De docent heeft zelf invulling gegeven aan zijn taak als begeleider door actief deel te nemen aan de activiteit. Ook dat valt volgens het hof onder de uitoefening van de werkzaamheden voor het ROC. Kortom, artikel 7:658 BW vindt volgens het hof toepassing.

Heeft het ROC diens zorgplicht jegens de docent geschonden?
Het ROC heeft zich op het standpunt gesteld dat sprake is van een ‘huis-, tuin- en keukenongeval’. Anders gezegd: het ongeval is gebeurd tijdens een alledaagse activiteit. Het ROC is van mening dat gezien het alledaagse karakter van de activiteit geen zorgplicht op haar rustte.

Het hof oordeelt echter dat schaatsen – ook in Nederland – geen alledaagse activiteit is. Bij schaatsen bestaat bovendien een duidelijk risico op vallen en/of letsel. Op het ROC rustte zodoende wel degelijk een zorgplicht jegens de docent.

In het kader van de zorgplicht is het hof van oordeel dat het ROC de docent had moeten waarschuwen voor de aan het schaatsen verbonden risico’s. Zo had zij de docenten kunnen instrueren dat zij langs de kant konden blijven staan of had zij kunnen aangeven dat indien men toch wilde schaatsen (en niet of niet goed kon schaatsen) men voorzichtig zou moeten doen of gebruik moest maken van de reling die op de ijsbaan is aangebracht of van de schaatsrekken die aldaar aanwezig waren. Naar het oordeel van het hof had van het ROC verder, gelet op het risico op (ernstig) letsel bij docenten en leerlingen die deelnamen aan de schaatsactiviteit, gevergd mogen worden dat zij – al dan niet tegen een geringe vergoeding – helmen ter beschikking stelde. Het ROC heeft echter uitsluitend instructies gegeven over het gebruik van handschoenen en het type schaats. Dat was volgens het hof niet voldoende.

Conclusie
Het hof komt tot de conclusie dat ROC aansprakelijk is voor het ongeval dat de docent is overkomen, nu zij haar zorgplicht jegens de docent heeft geschonden. Wij kunnen ons goed in dat oordeel vinden.

Bent u slachtoffer en wilt u uw schade vergoed zien?
Wilt u graag advies over dit onderwerp? Schroom dan vooral niet om contact met ons op te nemen. U kunt ons bereiken op telefoonnummer 0800 – 8033 of stuur een e-mail naar info@dehersteladvocaat.nl.